Trentino

In een adem wordt vaak Trentino-Alto Adige genoemd, het zijn echter 2 aparte regio’s met elk een eigen DOC. Enkele tientallen jaren gelden was Alto Adige het toneel van ernstige politieke spanningen, compleet met ondergrondse terreurorganisaties. Aan het einde van de 2e wereldoorlog ontstond de spanning doordat Oostenrijk het gebied overdroeg aan Italië. Voor veel van de Duitstalige inwoners een gebeurtenis waar men niet snel aan kon wennen. In Alto Adige is het nog steeds hardnekkig Duitstalig en in feite on-Italiaans, echter na bijna een eeuw is deze overgang formeel min of meer geaccepteerd.

Trentino, het zuidelijk deel van Trentino-Alto Adige, is in taal, familieleven, cultuur weer echt Italiaans. Toch zijn beide culturen in het dagelijks leven goed merkbaar. Alleen al als je door de straten heen rijd zul je merken dat de verkeers- en plaatsnaamborden consequent tweetalig zijn!

Wijn in de bergen

Wijn verbouwen in Trentino-Alto Adige is niet bepaald makkelijk te noemen. Zo heeft deze bergachtige regio slechts 15% land ter beschikking dat bewerkt kan worden. Bovendien ligt dat vaak op berghellingen, wat resulteert in steile terrassen en uitsluitend handmatige oogst. Dit nadeel heeft tegelijkertijd ook zijn voordeel: het is geen makkelijke manier van wijnbouw en de wijnboer wordt gedwongen om zich te concentreren op kwaliteit.

Ondanks het alpenklimaat en de ligging, wat zich goed leent voor de productie van witte wijnen, zijn vanuit de historie altijd rode variëteiten verbouwd. De Schiava, een lokale naam voor Vernaccia, is samen met de Lagrein de belangrijkste druivensoort. De wijnen afkomstig van deze druivensoorten zijn heerlijk levendig, licht en fruitig en worden vooral verkocht aan Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk.

Andere rode wijnen van Alto Adige zijn echter edeler. De Lagrein en de Teroldego, beide genoemd naar de gebruikte druivensoort, zijn stevige rode wijnen met veel structuur die gemakkelijk langere tijd kunnen ouderen op fles. Ten koste van de rode wijnen worden er tegenwoordig steeds meer witte wijnen verbouwt. De warmere, lager gelegen gebieden gericht op het zuiden en zuidwesten hebben hier geen last van, maar het zijn juist doorgaans de gebieden op de arme steile hellingen. De druivensoorten die hiervoor gebruikt worden zijn onder andere de Pinot Bianco, Riesling, Chardonnay Pinor grigio, (gewurz)Traminer, Sauvignon etc. Deze wijnen zijn over het algemeen zuiver, verfijnd en  complex met de nodige frisheid en elegantie. 

Meer dan elders in Italië hebben we te maken met DOC’s met “sottospecificazioni”, dat wil zeggen dat de wijnen gespecificeerde benamingen naar de druivenrassen hebben onder de collectieve noemer van het productiegebied.